De BSK-club

2007_01-de bsk clubHoe zou het zijn als alles lukte en er nooit iets mis ging? Dat is waar Bob van droomt. Het liefst zou hij een coole knul zijn die fantastisch kan sporten, die slim en grappig is, een knappe jongen op wie alle meisjes verliefd worden en een toffe gozer met wie alle jongens bevriend willen zijn.Helaas: niks is minder waar. Want Bob is een echte klungel, een pechvogel die best wat geluk kan gebruiken. Hij is niet erg populair in de klas, en ook zijn vrienden, de sjieke Eugene en het dikkerdje Sara vallen buiten de boot. Spottend worden Bob en zijn vrienden de BSK-club genoemd: de bolle, de sukkel en de kakker. Als Bob de kans krijgt om een einde te maken aan zijn eeuwige gestuntel, grijpt hij dat met beide handen aan. Maar of dat nou zo goed idee is…


 

Een stukje uit De BSK-club

Dag mevrouw,’ zei Sara beleefd. ‘We komen voor Eus. Eugene, bedoel ik.’
‘O? En wie zijn “we”?’ zei de vrouw.
‘Wij zijn vrienden van Eugene. U kent ons toch wel? We lopen altijd met Eus naar school.’ Sara trok een wenkbrauw op.
‘Vrinden? Mijn zoons vrinden zitten op de golfclub, kind. Wil je alsjeblieft opzij gaan?’
‘Wij zijn het, mevrouw Oomen. Bob Smelink en Sara Pluim,’ zei Bob snel.
Het raampje gleed wat verder open en langzaam draaide het gezicht naar hen toe. ‘Ach ja. Bob. Nu zie ik het. En Sara.’ Ze kneep haar sinaasappellippen samen. ‘Eugene heeft het druk. Hij kan niet met jullie mee.’
‘Lieve…’ een mannenstem golfde uit de auto en Bob zag een mannenhand met een grote gouden zegelring. Eugenes vader. ‘We moeten gaan.’ De wagen begon een paar centimeter naar voren te glijden.
Maar…’ zei Sara.
‘Tot ziens.’
‘Wilt u vragen of hij ons belt?’ vroeg Bob.
Opeens stak Eugenes moeder haar gezicht wat verder naar voren. Ze zette haar donkere zonnebril af en keek hem met koele, blauwe ogen aan. ‘Luister eens… Bob, was het toch? Eugene is een tikkeltje te hoog gegrepen voor jou.’ Haar blik gleed van zijn piekhaar langs zijn brilletje tot aan zijn afgetrapte gympen. Toen knikte ze naar Sara zonder te knipperen en zei: ‘Je kunt vast wel iemand vinden uit je eigen buurt.’
‘Wat?’ Sara viel bijna achterover.
‘Het spijt me, maar misschien kunnen jullie beter vrindjes zoeken van eigen allooi.’
Het raampje gleed dicht en de chauffeur gaf gas, op de voet gevolgd door de zilvergrijze auto. Bob trok Sara opzij.
‘Dáár,’ wees Bob, ‘daar heb je Eus! Eus! Eus!’
Maar Eugene, die op de achterbank zat, keek televisie in de auto en zag hen niet. Hij had zijn koptelefoon op en merkte niets van wat er bij de auto van zijn ouders aan de hand was.
‘Hij ziet ons niet!’ riep Sara. Bijna sprong ze naar voren om de auto tegen te houden, maar Bob greep haar vast voordat ze zich zou bezeren. De zilveren auto reed snel weg van de grote witte villa en liet een totaal verbijsterde Sara en Bob achter.
‘Wat een rotmens! Wat een rótmens!’ brieste Sara met trillende stem. In haar ogen blonken tranen. ‘Wat een… wat een… rotmens!’


 

De BSK-club
is verschenen in 2007 bij Uitgeverij Ploegsma. De prachtige tekeningen en de cover zijn gemaakt door Rick de Haas.