Door dik en dun

2006_03-door dik en dunRozanne is te lang en te dun, vindt ze zelf. Daarbij trekt ze voortdurend de verkeerde types aan en is ze een heuse brokkenmaker. Wanneer haar nieuwe collega Lorette besluit om eens werk te maken van Rozannes hoop op een date met haar droomprins, kan dat natuurlijk ook niet goed gaan. Want je bent een rampenmagneet of niet.


 

Een stukje uit Door dik en dun

O help. Daar stond-ie. Mijn droomprins, het centrum van mijn fantasieën, het object van mijn obsessie…
‘Hee Roosje.’ (van niemand pikte ik Roosje, maar Kaz was de uitzondering die de regel bevestigde). ‘Wat doe je hier?’
‘Euh…’
‘Wat heb je daar?’
‘Eum… een roos… doos… een dossier bedoel ik.’ O, dat stomme stotteren.
Ik kreeg het verschrikkelijk warm, voelde mijn wangen kleuren en ja hoor. Tot overmaat van ramp gleed het dossier uit mijn trillende handen en knikkerde de hele zooi eruit. Ik stond daar uilig te kijken naar Kaz, met zijn koffiekleurig huid, donker golvend haar en diepgroene ogen, (hing mijn mond open? Liep er kwijl over mijn kin? Nee toch hè?) die geamuseerd naar de papierwinkel keek die over de grond verspreid lag.
‘Jij was er toch niet?’ Jongens wat klonk dat weer stompzinnig! Waarom kon ik niet gewoon iets vlots bedenken, het leuk zeggen en wat minder als een leeghoofd klinken?
‘Er kwam iets tussen,’ verklaarde hij kalmpjes. ‘Dus heb ik een espresso gepakt en ben ik teruggereden.’
‘Espresso. Heerlijk,’ zei ik en hoopte heel erg dat hij nu een zeer duidelijke reden zag om me uit te nodigen voor een bakje. Ik vind espresso goor, maar dat hoefde hij niet te weten.
‘Ik trakteer je een keer,’ zei Knapperd, lachte oogverblindend en stapte over mijn spullen heen. ‘Ik moet ervandoor, ik heb net een afspraak bij de garage gemaakt. Dag Roosje.’
Ik stond daar nog na te sidderen toen ik opschrok van een stem.
‘Nou zeg. Wat een eikel. Loopt-ie je zó voorbij?’
Achter me was die nieuwe stagiaire verschenen. Hoe heette ze ook al weer? Lo-nog-wat? Lolita? Ik zakte door mijn knieën en begon de papieren van de grond te rapen. De stagiaire deed hetzelfde en scharrelde de rest bij elkaar. ‘Wat is dat voor een druiloor? Voelt-ie zich te goed om even mee te helpen om je spullen op te rapen?’
Voor een stagiaire was ze niet op haar mondje gevallen, en bij nader inzien was ze ook niet zo’n broekie als wat er meestal rondliep.
‘Niks aan de hand hoor. Ik stond gewoon te schutteren.’ Ik kwam overeind, pakte de uitdraaien van haar aan en begon ze uit te zoeken. ‘Bedankt.’
Ze lachte, met een scheef gebit en twinkelende ogen. ‘Ik ben Loretta.’ Ze grijnsde nog wat harder. ‘Hoe heet hij?’
‘Wie? Die net bij me stond?’
‘Nee, dat blauwe mannetje dat net opsteeg in zijn ruimteschip. Halloooo!’


Door dik en dun
is verschenen in 2006 bij Uitgeverij Zomer & Keuning