Balletschoenen en boxershorts

2009_03-balletschoenenEva Bentz houdt van dansen, dat is haar lust en haar leven. Als er een stageplaats op een Amerikaanse school te verdienen valt, neemt ze zich voor om alles op alles te zetten om dat te realiseren. Uiteraard is er concurrentie in overvloed. Daar ziet ze niet zo’n probleem in, totdat er een mán de vrijwel uitsluitend door vrouwen bezochte dansschool instapt…


Een stukje uit Balletschoenen en Boxershorts

Het is nog stil in de kleedkamer. Alleen Adriana Piranha is er. O. Heerlijk. Mijn vriendin. Ze kijkt even op als ik binnenkom maar als ze ziet dat ik het ben, buigt ze zich weer over het tijdschrift waar ze in zit te bladeren. Ze is al helemaal klaar om te beginnen. Alles klopt altijd aan haar. Haar pakjes zitten onberispelijk, er hangt nooit een draad los en uitgelubberd elastiek zul je bij Adriana niet aantreffen. Ze heeft net zulk lang haar als ik maar het hare is net iets frisser blond en glanst altijd een tikje meer dan het mijne. Adriana is een levende reclamezuil voor Zomerblond Shampoo. (Zucht.) Volgens mij heeft ze nog nooit een pukkel of mee-eter in haar leven gehad: haar huid is zo gaaf en zacht als satijn. Dat ze zichzelf ook heel vaardig opmaakt, helpt uiteraard ook. De klanten in mams boetiek zouden met haar weglopen. Mam zelf zou haar maar een verwend nest vinden, want dat is ze. Ze is haar eigen grootste fan, op de voet gevolgd door haar pappie en mammie, als ik haar verhalen mag geloven.
‘Hallo Adriana,’ knik ik en zoek mijn vertrouwde plekje op. Ze zegt niets terug maar bladert in haar Cosmopolitan. Adriana is het type dat alleen maar iets tegen me zegt als ze er iets mee kan winnen. Verder behoor ik absoluut niet tot haar vriendengroep en ik doe ook mijn uiterste best om er niet bij te komen. Ze is slim en krengerig, knap en perfect en heel erg nep. Voor de lieve vrede binnen de muren van Jump4Joy houd ik me in, maar dat kan niet gezegd worden van Patricia; die heeft daar helemaal geen boodschap aan. Als het maar enigszins kan doet ze er alles aan om Adriana op haar zenuwen te werken. Af en toe wordt Patricia’s missie me wel eens te veel, hoewel ik er – eerlijk toegeven – vaak ook erg om kan lachen. Per slot van rekening komt Adriana hier ook om te dansen en dan zeg ik dat tegen Patricia, die dat meteen wegwuift door te roepen dat Adriana hier alleen maar komt om met haar kont te wiebelen en zo haar nieuwste pakje te showen. (Patricia staat niet bekend om haar fijngevoeligheid.)
Het volgende moment vraag ik af waarom zelfs maar de moeite doe: ergens zou Adriana toch wel een piepklein, ienemienie bandje moeten kunnen ontwikkelen met de andere dansers? Vergeet het maar. Voor Adriana ben ik tolereerbaar plebs en Patricia is straatvuil dat aan haar schoen blijft kleven. Ze kan Patricia niet uitstaan en dat is omgekeerd ook het geval.
Als ik met mijn rug naar haar toe sta en me omkleed, voel ik haar ogen in mijn achterste prikken. Ze is op zoek naar een extra gram vet dat er de vorige keer niet zat om er dan een quasi-vriendelijke opmerking over te maken. Vlug trek ik het lycra van mijn legging omhoog en hijs me in mijn pakje.
‘Nieuw pakje?’ informeert ze en net als ik antwoord wil geven zegt ze, ‘O nee. Die had je toch aan met het jubileumoptreden, hè?’
Ja hoor, we zijn er weer. Piranhabeet numero uno van vandaag. Het jubileumoptreden is al twee jaar geleden en néé, dat had ik niet aan toen. Het zijn deze typische onderwatersteken die haar de bijnaam Piranha hebben bezorgd. Ik haal een paar keer diep adem. Ze is het niet waard, herhaal ik voor mezelf. Was ik maar een beetje meer zoals Patricia. Die heeft altijd meteen een antwoord klaar, ik kom meestal niet verder dan een beetje stom gemompel.
De deur vliegt open, knalt tegen de stopper aan en klapt dan weer terug als een saloondeur in een western. Patricia is er al doorheen voor ik met mijn ogen heb kunnen knipperen. Ze heeft een zak van de Mac in haar hand, de vetvlekken komen door het bruine papier heen. ‘Frietje, Eev? Jij hebt vast nog niet gegeten.’
‘Eentje dan,’ knik ik. Eigenlijk heb ik ook wel zin in wat te eten, maar we eten thuis altijd rond acht uur en ik bewaar mijn honger liever voor dan. Pap kookt meestal en goed ook. Bovendien vind ik het niet fijn om rond te springen met een volle maag. Er valt een frietje met een kloddertje kanariegele mayonaise op de lichte tegeltjes van de kleedkamervloer. Een beetje verstrooid kijkt Patricia ernaar en eet dan met smaak verder. Het is zonneklaar dat ze het expres niet meteen weghaalt om een opmerking van Adriana uit te lokken.
‘Het is hier geen eetzaal. Kijk nou eens wat je doet? Dadelijk stapt er nog iemand in.’ Adriana hapt heerlijk in het aas dat haar voorgehouden wordt.


Balletschoenen en boxershorts
is verschenen in 2009 bij Uitgeverij Zomer & Keuning